zaterdag 2 februari 2013

Pech tussen de ondieptes

We hebben Staniel Cay vlot weer verlaten, dat kwam qua wind zo uit.
We hebben onze koers uitgezet naar de Abaco's, Manjack om precies te zijn. Twee Franse zeilvrienden, die we in de Canarische eilanden ontmoet hebben, hebben ons uitgenodigd. Zij zijn reeds een jaar op Manjack. "You must come here! It's Paradise!" Zo'n mailtje kun je niet negeren en dus gaan we die kant op. We vertrekken een uur voor hoogwater, zodat we nog los zullen komen, mochten we de zandgrond raken. De wind is goed, we zetten de genua op en zeilen gemoedelijk naar Fowl Cay. Koraaltuinen, rotsen, zandbanken en stroming maken de laatste halve mijl zeer uitdagend, zwakjes uitgedrukt. We varen in 4 knopen stroming, kijken goed naar het heldere water, op de kaart en dieptemeter. Er zwemt een dolfijn naast ons! Hup nog net onder de 1.40 meter door, die we nu nog onder de kiel hebben. Wauw! We hebben geen tijd om hem te volgen, moeten ons hoofd erbij houden. De dolfijn is waarschijnlijk op tonijnjacht. Zouden we ook wel willen. Opletten! Er komt een bocht aan en na die bocht zien we het water wild kabbelen. De stroming en het rif zijn door de gekke waterbewegingen goed te zien. De bocht is krap en de ingang van het baaitje nog kleiner. Nog 70 cm onder de kiel, allemaal volgens kaart. Toch bijzonder weinig. Overigens hebben we de genua al ingerold, we doen dit op de motor. Eenmaal in de baai keert Maarten de boot strak om, met nog net een meter onder de kiel. De zon staat laag, de boot draait mooi om, anker uit en ja, we liggen mooi in de wind. Als we genoeg ketting hebben gestoken, zetten we -zoals altijd- de motor in zijn achteruit en geven steeds meer gas. Zo checken we of we goed vast liggen. In deze baai voelt deze routine manoeuvre een stuk griezeliger dan normaal: Twintig meter afstand van een groot rif waar de golven wild op stuk slaan. Het gaat goed. We liggen. We genieten met z'n drieën van de zonsondergang en een warme maaltijd.

We vertrekken rond zes uur. De tocht verloopt voorspoedig, we varen op zee en hebben weer diepte onder de kont. Lekker. Aan het eind van de dag varen we alweer de ondiepte in. Als we zo doorgaan, bereiken we tijdens het laatste licht van de dag nog net het volgende spannende stuk, the fleeming channel. Tussendoor passeren we ook nog een ondiepte, 2.70 meter zegt de kaart en wij steken 2.10 meter. Gaat net. We willen het zeil vast inhalen en de ondiepte met motor betreden. Mochten we vastlopen, dan kunnen we de motor sneller af- of in zijn achteruit zetten, dan wanneer we aan het zeilen zijn. Maarten ziet een alarm op het motorpaneel afgaan. Een alarm?!
"Motor uit!"
Er is iets niet goed. Wat precies, dat is onduidelijk. En dat terwijl we bijna op een erg ondiep stuk komen. Maarten duikt de machinekamer in. Hij kijkt van alles na en kan het euvel nog niet vinden. Wat te doen? We besluiten dit stuk toch door te zeilen en de dieptemeter in de gaten te houden. Ik kijk goed naar het water of er koraal ofwel een rotspunt te zien is. Als het water donker kleurt, zit er iets dergelijks en stuur ik er omheen. De relaxte tocht is voorbij. Dit is alles behalve relaxt.
Na een uur gooien we toch het anker uit om tijd te winnen. Rust in de tent. Even later blijkt dat een van de dynamo's 32 volt geeft inplaats van 24V, hierdoor kan er van alles mis gaan tot brand aan toe.
De regulator van de dynamo is waarschijnlijk stuk. We besluiten uit te wijken naar Nassau, niet onze favoriete stad, we hebben gehoord dat het een crimineel oord voor rijke toeristen is waar de cruise-schepen in een rij liggen, zodat de gasten kunnen zeggen dat ze op de Bahama's geweest zijn.
Na een half uur bedenkt maarten een oplossing om toch de accu's te kunnen laden met de andere dynamo. Blij koersen we weer op Manjack af. Al met al zijn we te laat om in daglicht door een nauwe zeestraat te varen, de doorgang is maar 50 meter breed en de klippen liggen net onder de oppervlakte. Ook is er geen enkel baken of lichtje. We kijken nog eens naar het weer en besluiten dat het ook niet veilig is om onbeschut voor de harde wind hier voor anker te gaan. In het donker varen we door het Fleeming Channel, onze kaarten en getijdenschema's blijken te kloppen en na een uur zigzaggen tussen de schuimkoppen door, bereiken we open zee, pfffff. Alles gaat goed en wanneer we de volgende dag, donderdag, om 14.00 uur met harde wind in Manjack aankomen, blijkt al snel dat we de juiste keus hebben gemaakt. Wordt weer vervolgd.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten